Veertig dagen

Op 2 maart is het aswoensdag en dan begint de veertigdagentijd. Veertig dagen tot aan Pasen zou je zeggen. Maar als je gaat tellen dan zijn het 46 dagen. Het getal 40 klopt pas als je de zondagen, dat zijn er 6, weglaat. Op zondag werd namelijk niet gevast en dat bepaalt ons bij de oorsprong van de veertigdagentijd. Het was namelijk de vastentijd. Vasten was en is de methode om tot inkeer te komen, om boete te doen.  Dat gebeurt namelijk ter voorbereiding op Goede Vrijdag, de dag dat wij stilstaan bij het sterven van Jezus en Pasen waar wij de opstanding van Jezus uit de dood vieren.

En het is goed om je daarop voor te bereiden. Dat kan heel goed door af te zien van bepaalde dingen. Ik hoorde dat sommigen geen koffie drinken in deze tijd. Anderen eten  geen snoep of chocolade. Dat is een hele zinvolle invulling van deze periode.

Maar waar het om gaat is dat wij dichter bij het lijden van Jezus komen. Dat wij ons realiseren welk offer Hij gebracht heeft uit liefde voor ons.  Dat het Hem gaat om een ieder van ons. Dat elk van ons beseft: het gaat om mij.  Speelt dat wel genoeg een rol in mijn leven of leef ik daar eigenlijk aan voorbij? 

In het lijden van Jezus zien we ook het lijden van deze wereld weerspiegeld.  Jezus blijft lijden tot het einde van de tijden in wat de mensen ondergaan en elkaar aandoen. Ook in deze tijd met zijn oorlogen en geweld is dat aan de orde. Het gaat maar door en Jezus is bij al dit verdriet en ellende betrokken en het is goed om daar bij stil te staan. Dat kan door te vasten, maar dat kan ook op andere manieren. Zo is er een veertigdagenkalender die op 27 februari wordt uitgedeeld. Ook die kan ons bepalen bij de veertigdagentijd.

Deze tijd helpt ons ook om Pasen te vieren. Als we mee zijn gegaan met Jezus in zijn lijden zien we het licht van Pasen des te helderder. Zonder Goede Vrijdag wordt het geen Pasen. Door de veertigdagentijd zien we het licht van Pasen des te beter.

Ds. Marco Roepers