Meditatie “HERFST als één van de víer seizoenen”
n.a.v. woorden uit de preek van zondag 13 oktober  2013

We bereiden ons uiterlijk voor op kouder weer. Winterjassen worden weer opgezocht.  Warme schoenen. Sjaals en wanten. We zíen aan de natuur de tekenen dat we ons kunnen voorbereiden op kouder weer. We weten ook dat na een paar maanden de winterjas weer opgeruimd kan worden en dat we ons weer kunnen voorbereiden op de warme lentedagen of de zomer. We kijken vooruit. Want de seizoenen gaan dóór. Hoe die seizoenen zichzelf weer inkleuren? Tja, dat weten we van te voren niet: wordt het echt een koude januari? Wordt het een kwakkelende herfst en winter? Of worden we omringd door prachtige kleuren in de herfst van de bladeren aan de bomen? Worden we omringd door prachtige luchten in de koude dagen die zo helder en rustgevend kunnen zijn? 
 
De grote lijn van de verschillende seizoenen houden wij vast. Of: geeft ons houvast.
Wij weten wanneer het land weer bewerkt moet worden of wanneer we het even kunnen laten liggen. Wij weten wanneer de bollen weer de grond in moeten en wanneer we de kleuren van de bloemen kunnen verwachten in de tuin. Wij weten wanneer de ganzen her en der weer landen op de landerijen – en wanneer ze weer vertrekken. We accepteren als het ware dat we nu even een donkere tijd ingaan qua weer, dat ook wel weer wat heeft met de lichtjes en de warme choco, opdat we weten: de seizoenen gaan ook weer door.

In hoeverre ervaren we ons geloof ook niet als een gaan van seizoenen?  De ene keer ervaren we alsof het geloof vol warmte is en de zon er volop op schijnt. Een andere keer staat het op een laag pitje; treedt de winter in.In hoeverre kunnen we ons dan vasthouden aan de geloofsseizoenen? Zoals de seizoenen in ons levensritme?  Hoe blijven we door de verschillende levensseizoenen heen tekenen herkennen?
 
Als we kijken naar mensen die in de bijbel centraal staan, lezen we regelmatig over hun wisseling van de seizoenen in hun leven. En ook over de wisseling van de seizoenen in hun geloofsleven. Het gaat met ups en downs. De rode draad is het licht waar zij zich aan vast weten te houden. Het licht als een bron van warmte en liefde om hen heen: de liefde van God. Deze liefde blijft bij mensen door de geloofsseizoenen heen.

Maar ook: het is de Eeuwige die door alle seizoenen heen toch verder blijkt te gaan waar anderen geloven in Zijn einde of het einde van de kerkgeschiedenis in de wereld van vandaag.  Als we kijken naar de geschiedenis van Abraham, Mozes en Elia ervaren we steeds opnieuw hoe de Eeuwige verder gaat ondanks het geloof in andere goden of andere wereldmachten.
Als we kijken naar de geschiedenis van Jezus en naar de wording van de christelijke kerk zullen we steeds opnieuw ontdekken: het is allemaal niet vanzelfsprekend dat God een plaats heeft in het leven van mensen. Ook niet ten tijde van Jezus. Ook nietten tijde van het begin van de kerkgeschiedenis.
 
Het is Gods liefde die verder gaat. In de tijd van Abraham. In de tijd van Mozes. In de tijd van Elia. In de tijd van Jezus. In de tijd dat christenen werden vervolgd.  Het is Gods liefde die verder gaat met mensen. in de tijd dat christenen hun eigen geloofsgemeenschappen deden scheuren. In de tijd dat gelovigen elkaar weer opzoeken om samen Gods liefde uit te stralen. Het is Gods Liefde die verder gaat met mensen. Ook daar waar mensen tranen ontvangen van ontroering omdat ze niet alleen zijn.
 
Ik geloof dat de Eeuwige, onze God, mensen steeds weer een mantel wil omslaan. Een mantel van liefde en geborgenheid, opdat we in alle ups en downs steeds weer opnieuw mogen ópstaan. Ópstaan om te komen, daar waar zoveel anderen zijn en blijven om licht te geven aan een weg en een leven met Gods Liefde en Zijn Vrede.
 
Ds. Margarithe Veen